“Het verhaal binnen de familie gaat dat ik toen ik ongeveer 6 jaar was mijn hand verwond heb aan het spinnenwiel. Ik wilde weten hoe het werkte. Oude spinnenwielen zijn niet zo veilig als de moderne wielen. Daar mijn overgrootmoeder, van wie het wiel was geweest, niet meer leefde, en mijn oma en moeder niet konden spinnen, heeft een vriendin van mijn grootmoeder het mij laten zien en geprobeerd het mij te leren. Maar je weet hoe kinderen zijn, leuk, maar ik heb nu zin in wat anders. Maar het spinnenwiel bleef trekken en na een paar jaar met een tol te hebben gesponnen toch een nieuw wiel gekocht, een Louet. Op dat moment werkte ik voor diverse wolwinkels als breister en stond ik ook al met mijn breiwerk op braderieën. Omdat goede breiwol heel duur was en bijna niet te krijgen, ben ik zelf weer gaan spinnen. In het Groene Hart is wol genoeg. Ik gebruik wol van Hollandse schapen, Texelaar, Noord-Hollander, zwart Bles en als ik het kan krijgen Quessant.”
Toont alle 12 resultaten